Jotunheimen

Waardering:
Intro:

4 Daagse trektocht door het ruige Noorse Jotunheimen.
Met tent, maar ook mogelijk met gebruik van hutten.

Land:Noorwegen
Regio: Jotunheimen
Vertrekpunt:Gjendesheim
Gevolgde route: Gjendebu-Visdalen-Glittertinden-Bessvatnet-Gjendseheim
Moeilijkheidsgraad: Gemiddeld
Duur: 4 dagen
Hoogtemeters: 3583 m
Datum: 13 September 2009
Verslag van de tocht:

De Gjendine verlaat de steiger en glijdt door het water van het Gjende meer. Wij namen vanochtend vroeg de laatste boot van het seizoen, het is half september. Vanuit Gjendesheim, in het ‘land van de reuzen’, Jotunheimen, laten we ons in ongeveer drie kwartier varen afzetten aan het einde van het meer. Hier ligt Gjendebu (984 m), het geografische centrum van dit berggebied. Het is de oudste hut van de DNT (Den Norske Turistforening) en ligt er al sinds 1871. Een enorme hut (119 plaatsen) en in de buurt volop gelegenheid om je tent op te zetten aan het meer. Wij zijn nu juist meer op zoek naar eenzaamheid dus laten we deze plek links liggen en vertrekken in noordwestelijke richting.
Na een stuk modderig geploeter verlaten we de schaarse begroeiing en gaan geleidelijk steeds hoger. We passeren de waterval Hellerfossen om bij het meer Hellertjonne uit te komen. De klim gaat verder naar de meertjes Urdadalstjonnen, een indrukwekkend en groots landschap van hoofdzakelijk keien en enkele kleine gletsjers. De toppen om ons heen zijn al bestrooid met verse poedersuiker. We klimmen door naar het hoogste punt van de dag, een colletje op 1663 m, en dalen dan nog een klein stukje af het Visdalen in. Hier zoeken we een tijd naar een recht stukje zonder al te veel stenen om daar vervolgens de tent neer te zetten. De Urdadalsbekken stroomt iets verderop en voorziet ons van water en een ijskoude wasbeurt.
Het uitzicht vanuit de tent is fantastisch. De afgesleten en ronde toppen laten zien dat dit gebergte veel ouder is dan wat we gewent zijn in de Alpen. Hierdoor ligt het overal bezaait met stenen, stenen en nog eens stenen. Geen stukje van het gemarkeerde pad is recht of even zonder steen. Het is vaak letterlijk van kei naar kei stappen. Anders lopen dan in de Alpen is onze ervaring.
De markeringen van de DNT zijn ruim aanwezig in de vorm van een geschilderde rode T, vaak op een steenmannetje. Maar in de keienmassa is het soms nog best goed speuren naar de volgende klodder verf.
Na een lekker warm ontbijt uit een zilverkleurig zakje breken we de boel af en dalen verder naar Spiterstulen (1104 m). Wederom een enorme hut en wederom laten we deze links liggen.
Deze hut is niet van de DNT, maar al sinds 1836 door zes generaties boerenfamilie geëxploiteerd. Vanuit hier kan o.a. Noorwegens hoogste top beklommen worden, Galdhopiggen (2469 M).
Met 200 bedden en een kampeerveld (met sanitair!) is dit niet de wildernis die we zoeken en sjouwen we zonder stop dan ook verder.
Er volgt een korte maar relatief wat steilere klim naar Skautkampan (1443 m) waarna zich weer een zee van stenen aan ons openbaart. We lopen onder de Glittertinden (2465 m) door, de tweede hoogste top van Noorwegen, passeren weer wat meertjes, de Veslgluptjonnen op bijna 1700 meter hoogte, en moeten een sneeuwveld over. We dalen een klein stuk af en zetten op een wat ruimer en grassig, vlak gedeelte de tent op naast een, volgens de kaart, naamloze rivier. We maken een klein en vooral kort vuurtje, want er is eigenlijk nauwelijks hout of iets brandbaars te vinden. ’s Nachts daalt het rond het vriespunt, maar onze slaapzakken zijn warm genoeg.
De volgende ochtend staan op een steenworp afstand van de tent verse rendiersporen in de modder vlak naast de rivier. Blijkbaar hebben we heel diep geslapen….
We besluiten om niet via de hut Glitterheim te lopen, maar op eigen inzicht de rivier over te steken en op o.a. kompas een pad ergens ten oosten van ons op te pikken. Geconcentreerd en blij met de wandelstokken komen we droog over. Iets verderop vinden we een gewei van een rendier, maar deze is te groot om mee te nemen.
Het gemarkeerde ‘pad’ vinden we uiteindelijk terug en via ruige plateaus en hellingen komen we aan bij het lange meer Russvatnet (1175 m). Deze passeren we uiteindelijk aan de oostpunt, waar Bouwe het niet kan weerstaan een duik in het ijskoude water te nemen.
De route vervolgt zich weer omhoog via Bessheimrundhoe tot we bij het meer Bessvatnet (1373 m) uitkomen. Er is een weersverandering in aantocht en de wind is behoorlijk aangetrokken. Het kost dan ook grote moeite om ergens op de vlakte rondom het meer een plaats in de luwte te vinden voor onze tent. Maar de aanhouder wint.
Hierna is het nog slechts een korte, maar voor hier steile afdaling terug naar Gjendesheim. Inmiddels is het weer guurder geworden en regent het soms. We hebben tijdens deze schitterende trekttocht de laatste mooie dagen van de zomer meegepikt. Twee weken later ligt hier alles onder de eerste echte sneeuw.
De dame die in Gjendesheim een kleine winkel annex restauratie runt raadt ons een mooie wildkampeerspot aan het Gjende meer aan, maar wij laten ons toch verleiden door de warme douches van de camping bij Bessheim.

Fotoalbum
Meer fotos op:
Op de kaart

2 thoughts on “Jotunheimen

Leave a Reply